Vaak komt pijnstilling aan bod bij het behandelen van een hersentumor. De pijn kan sterk variëren en wordt vaak aangepakt door een combinatie van medicijnen, afhankelijk van de ernst. In dit artikel wordt uitleg gegeven over de verschillende manieren waarop pijn bij hersentumoren kan worden behandeld. Daarnaast bespreken we misverstanden rondom morfine en aanvullende behandelingsmogelijkheden.
Pijnstilling bij een hersentumor: pijnstillende medicijnen
Pijnstilling bij een hersentumor wordt meestal bereikt met een combinatie van eenvoudige pijnstillers, zoals paracetamol, en sterkere middelen zoals opioïden (bijv. codeïne, tramadol, of morfine). De behandeling heeft vaak een bepaalde opbouw die in stappen plaatsvindt.
Opbouw van de pijnstilling
Een behandeling met pijnstillende medicijnen heeft meestal de volgende opbouw, die ervoor zorgt dat er stapsgewijs naar krachtigere middelen wordt overgeschakeld, afhankelijk van de ernst van de pijn:
- De eerste stap is dat u eenvoudige pijnstillers krijgt, zoals paracetamol of een NSAID (ontstekingsremmende pijnstiller).
- Als deze onvoldoende werken, kan de tweede stap bestaan uit een combinatie van eenvoudige pijnstillers met licht opioïde medicijnen, zoals tramadol of codeïne. Deze stap wordt soms overgeslagen en men gaat direct naar de derde stap.
- De derde stap is om de eenvoudige pijnstillers te combineren met sterk opioïde middelen, zoals morfine.
- De vierde stap is om morfine toe te dienen per pomp, via een infuus of een katheter; door deze toedieningsvormen is een zeer snelle en nauwkeurige toediening mogelijk.
Bijwerkingen van medicijnen
Zoals bij elk medicijn kan ook pijnstilling bij een hersentumor bijwerkingen veroorzaken. Vooral bij opioïden komen de volgende bijwerkingen vaak voor: sufheid, misselijkheid, zweten en duizeligheid. Deze bijwerkingen verdwijnen na een paar dagen of weken, als uw lichaam aan het middel is gewend.
Ook verstopping (obstipatie, constipatie) komt bij opioïde middelen veel voor. Deze medicijnen krijgt u daarom altijd in combinatie met middelen die de stoelgang bevorderen. Daarnaast helpt het om vezelrijke voeding te eten en voldoende water te drinken.
Bij oudere mensen kan verwardheid optreden, wat kan wijzen op een delier (door medicijngebruik veroorzaakte verwardheid). Als deze verwardheid niet snel verdwijnt, moet u de arts informeren.
Misvattingen over morfine
Veel mensen zijn bang voor morfine. Dat heeft te maken met een paar hardnekkige misverstanden over deze vorm van pijnstilling, niet alleen bij een hersentumor:
- Morfine werkt versuffend. In de eerste dagen of eerste week kan sufheid inderdaad voorkomen, maar dit verdwijnt vanzelf.
- Morfine is verslavend. Morfine is niet verslavend als het voor pijnbestrijding wordt gebruikt. De dosering wordt aangepast op basis van de ernst van de pijn en de reactie van het lichaam.
- Morfine is een laatste redmiddel. Wie morfine krijgt voorgeschreven, zo is de gedachte, zit in het laatste stadium. Dit is een misverstand. Of u morfine krijgt voorgeschreven, hangt af van de ernst van de pijn en uw reactie op andere pijnstilling, niet van het stadium van de ziekte. Het zegt niets over het stadium van de kankergroei, laat staan dat het een signaal is dat uw laatste uur geslagen heeft. Waarschijnlijk heeft dit misverstand te maken met de plaats van morfine in de pijnladder: het is het krachtigste pijnstillende medicijn.
- Morfine versnelt het sterven. Het gebruik van morfine versnelt het sterven niet. Bij verzwakte mensen kan morfine de ademhalingsprikkel verminderen, maar dit is geen euthanasie.
Aanvullende medicijnen
Pijn bij een hersentumor gaat vaak samen met andere klachten zoals slapeloosheid, angst en somberheid. In dergelijke gevallen kunnen de pijnstillende medicijnen worden gecombineerd met andere medicijnen die helpen tegen deze bijkomende symptomen, zoals slaapmiddelen of middelen tegen angst of depressie.
“Dat ik weer kan slapen, dat is zo’n zegen! Wekenlang lukte het me niet om meer dan een uurtje te dommelen… Dat werkt afmattend. En nu kan ik weer vier, vijf uur echt slapen. Nog niet veel, maar ik vind het heerlijk.”
Andere benaderingen van pijn
Omdat pijn door een hersentumor verschillende kanten heeft, kan de pijnstilling van verschillende invalshoeken worden aangepakt. Zoals omschreven op de pagina ‘Pijn bij een hersentumor’, kunnen psychologische behandelingen helpen om anders over de pijn te denken, waardoor de ervaren pijn vaak minder intens is. Ontspanningsoefeningen kunnen helpen om de spieren te ontspannen, wat ook kan bijdragen aan pijnverlichting. Daarnaast zijn er behandelingen die gebruikmaken van afleiding, zoals muziektherapie, die kunnen helpen om de pijn minder op de voorgrond te laten treden.